Reisverslag van dag tot dag: Paaseiland - Santiago de Chili

Hanga Roa - excursie langs Ahu´s - 2e excursie - op de fiets over PaaseilandSantiago de Chilli

Paaseiland, ofwel Rapa Nui, is een van de eenzaamste plekken op aarde. Het ligt 3200 km westelijk van Zuid-Amerika en 2560 kilometer van het eerstvolgende eiland. Het eiland is kaal, winderig en rotsachtig.Het is uit zee verheven door de kracht van de vulkanen. Het is een puur eiland en nog steeds zeer dun bevolkt. Het eiland heeft een oppervlakte van 170 km², de grootte van Texel. Sinds 1888 hoort het bij Chili. Maar het heeft zijn Polynesisch karakter behouden. Het is het meest zuid oostelijke eiland van Polynesië. Het wordt aan alle kanten omspoeld door 3000 kilometer open zee. Het driehoekige eiland, dat gevormd is door drie uitgedoofde vulkanen, is niet bebost en heeft een aantal bergen en oude kraters. De hoogste berg van Paaseiland is 509 meter hoog. De voornaamste waterbronnen van het eiland bestaan uit kraters die vollopen met schoon regenwater. Het werd op eerste paasdag 1722 ontdekt door de Nederlandse ontdekkingsreiziger Jacob Roggeveen. De lokale naam is: Pito o Te Henua, wat de navel van de wereld betekent. De bewoners van Paaseiland zijn echter toch van Polynesische oorsprong. Dit is bewezen door de studie van taal en cultuur. 

Er staan 25 Ahu´s (stenen plateaus) rondom de kust. Het waren oorspronkelijk dorpsbegraafplaatsen. De kolossale beelden op Paaseiland worden door velen gerekend tot de niet-klassieke wereldwonderen. De Moai tot 9,5 meter hoge beelden, zijn uit vulkanisch gesteente gehouwen. De makers zijn waarschijnlijk voorvaderen van de Polynesische eilandbewoners. Vermoedelijk stellen de enorme koppen, die allemaal dezelfde kant opkijken, goden van die tijd voor, hoewel het ook beelden van toenmalige heersers zouden kunnen zijn. Er zijn 245 Ahu´s rondom de kust. Ze kijken uit over de dorpen. Sommige beelden zijn zelfs gekroond met de Pukao of bovenste knot. Dit waren alleen de koningen De stijl van de standbeelden is uniek in de Pacific, maar er is overeenkomst met de stenen tiki van de Marquesas eilanden. Hier is nog maar 1 van over. Het is een krachtige figuur die bovennatuurlijke kracht= mana uitstraalt. 

Hoe de standbeelden vervoerd zijn van de vulkaan waar ze zijn gemaakt, naar de plaats op de Ahu is nog steeds een raadsel. Legendes vertellen dat priesters de beelden verplaatsten door hun persoonlijke spirituele kracht en elke dag een eindje "wandelden" met de beelden. Heyerdahl en 180 eilanders slaagden er in een 4 meter hoge Moai te verplaatsen met behulp van boomstammen.(rollers) Hij dacht dat een groter beeld met behulp van meer mankracht en boomstammen verplaatst kon worden. Dit zou ook een verklaring kunnen zijn voor de ontbossing van het eiland. Deskundigen op dit gebied menen dat in de 18de eeuw de bevolking van Paaseiland te omvangrijk werd voor de natuurlijke hulpbronnen en de gevolgen van oorlogen en kannibalisme niet overleefde

Dag 264 Papeete- Hanga Roa

TOP^

De vlucht naar Paaseiland duurt 5 uren en is een beetje hobbelig door de vele turbulentie. De verzorging is een beetje karig. Hoewel het een nachtvlucht is worden er geen slaapmaskers verstrekt. Als we aankomen, moet het horloge 5 uren vooruit en is het opeens al 9.45 uur. De landingsbaan hier is in 1985 uitgebreid als noodlandingsbaan voor de spaceshuttle. Hierdoor is het mogelijk om met grotere vliegtuigen te landen. Waardoor het toerisme op gang is gekomen. Hier is men niet bang voor SARS, maar voor de ziekte van Dengue. Dengue (knokkelkoorts) is een tropische virusziekte die van mens op mens wordt overgedragen door besmette muggen. Vooral in verstedelijkte gebieden in Zuid- en Midden-Amerika, Azië en Oceanië komt de ziekte voor. Er bestaat geen vaccinatie voor. Iedereen in het vliegtuig wordt bespoten door mensen uit het plaatselijke ziekenhuis. We krijgen een briefje waarop staat dat als je koorts mocht krijgen, je gratis onderzocht wordt. De bagage is er meteen, zelfs nog voor we door de douane zijn. 

Als we het land binnen zijn zien we verschillende hokjes. Hierin staan mensen die je onderdak aanbieden. We komen in een soort homestay bij (moeder) Theresa terecht. Ze vraagt eerst $25, maar $20 blijkt ook genoeg te zijn. We hebben het afdingen nog niet verleerd en het werkt hier blijkbaar ook. Er wordt een taxi aangeroepen en daar worden we ingestopt. Bert denkt: Waar komen we nu weer terecht? Maar het ziet er allemaal keurig uit. De dochter heet ons welkom en we krijgen een lekker kopje koffie van haar. We gaan even het bed proberen. Nu is alles natuurlijk beter dan het bed in ons hutje bij Cheze Nelson, maar het ligt lekker. We zijn toch wel moe. We hebben natuurlijk een nacht zonder slaap gehad. 

We blijven tot een uur of twee liggen. Maar dan gaan we weer op stap. We lopen de baai rond. Er zijn hier erg hoge golven en er wordt veel gesurft. We lopen langs het hotel dat Lanchile in de aanbieding had voor $40. in de Lonely Planet wordt het voor $90 aangeboden. Het was dus echt een koopje geweest. Maar nu zitten we voor de helft en het lijkt erg gezellig bij (moeder) Theresa.

De honden houden ons hier gezelschap. Maar wij gaan op zoek naar informatie en een bank. Maar alles is gesloten. Er is wel een ATM, maar deze staat in een hokje dat op slot is. Om er in te komen moet je er een kaart insteken. Maar met onze mastercard lukt het niet. Gelukkig komt er net een “local” aan die moet pinnen. Ze laat ons binnen. We kunnen wel met de kaart pinnen gelukkig. En beetje opgelucht omdat we geld hebben lopen we verder. 

Bij het voetbalveld zien we onze eerste Moai. De Ahu Tautira. Hij is gerestaureerd en staat met zijn rug naar de oceaan en kijkt wijs naar het voetbalveld. We zijn echt een beetje onder de indruk. Dit is ook weer een toppertje in de reis. Zomaar met z´n tweetjes bij deze beelden. We willen nog meer zien. We lopen langs de baai naar het noorden. 

Het is moeilijk om foto´s te maken tegen de zon in. We gaan even op een paar lava brokken zitten. In het zonnetje genieten van al dit moois. Maar opeens begint het te gieten. Maar na 5 minuten is het ook al weer droog. We lopen nu toch maar weer terug naar Theresa. We lopen langs een begraafplaats, deze ligt naast de oceaan. De graven staan vol met bloemen. Het lijkt allemaal heel vredig. 

We hebben in de lonely Planet nog een ander adres voor informatie gevonden en lopen daar nog maar even naar toe. We boeken hier meteen een toer voor morgen. We hebben het nu wel een beetje gehad. We gaan lekker op de veranda voor onze kamer zitten. Heerlijk weer is het nog. Maar net als we de koffie klaar hebben begint het weer te regenen.´s Avonds eten we heerlijk bij Tinia, een tonijn met patat en salade. We drinken er een bekerglas gekoelde witte wijn bij. Even een beetje lekkere luxe. Het is een poos geleden dat we niet zelf gekookt hebben. We rollen om 9 uur ons bed in.

Dag 265 excursie Paaseiland

TOP^

We hebben de wekker op 8 uur gezet. Dat is maar goed ook. We worden pas van de wekker wakker. De jetlag zijn we nu wel te boven na zo´n lange slaap. We krijgen een heerlijk ontbijt voorgeschoteld. Brood, kaas, ham, jam, fruitsalade van appel en papaya en koffie. We zitten eigenlijk net wat te lang. We moeten voor een lunchpakket nu op een draf naar de bakker. De lunch kost bij de excursie nl $15 pp. Dat vinden we te gek. We kopen 4 broodjes en 4 plakken kaas. Hijgend staan we precies 9.30 uur voor de deur bij KiaKoe tours. We kunnen hier met travellercheques betalen en krijgen het wisselgeld in dollars terug. Hebben we gelijk dollars zonder te hoeven wisselen. 

De excursie wordt gedaan met 10 personen in een minibusje. De eerste stop is bij Ahu Vaihu. Je kunt hier zien hoe de Moais kapot zijn gemaakt. De moais liggen met de gezichten naar beneden op het platform. De pukao of topknot is verder doorgerold naar de zee. Er liggen nog twee op het land. Je kunt hier ook goed zien hoe de Ahu is opgebouwd. Stukken van de oude moais die kapot zijn gegaan worden hergebruikt in de muur. Alles past precies in elkaar, eerst gebruiken ze de grote stenen en deze worden opgevuld met de kleinere stenen. 

Ook is hier een ronde cirkel gevormd van stenen. Er ligt 1 steen in het midden. De niet belangrijke mensen werden verbrand achter de moais op de Ahu. Dit is heilige grond. Onder de moais zijn nissen gebouwd voor de beenderen van de belangrijke mensen. Deze werden eerst in de cirkel gedroogd tot de enkel de beenderen overbleven, deze werden dan later begraven. Deze cirkel is ook de plaats waar de familie na het overlijden één keer in de zoveel tijd zit om over de overledenen te praten en de kinderen zich hun voorouders te laten herinneren. 

De tweede stop is bij Ahu Akahanga. Hier staan slechts enkele moais. Ze zijn kapot gegaan door ouderdom en door erosie. Maar misschien zijn ze ook wel vernietigd door een rivaliserende andere clan. Eén van deze moai was 10 m hoog en was de grootste staande op de ahu. Men wil beweren dat de eerste koning hier ligt begraven. De derde stop is bij de vulkaan Rano Raraku. Er zijn ooit 838 moais geteld op Paaseiland. 397 hiervan zijn bij deze vulkaan gevonden. We gaan eerst bij de baai kijken. Hier liggen de restanten van een dorp. Er staan nu alleen nog “huizen” voor kippen. Die kippen waren erg belangrijk. Hoe meer kippen iemand bezat, hoe rijker men was. De mensen betaalden de bouwer van hun huis met kippen. Als ze niet genoeg kippen hadden moesten ze in een grot wonen. 

Je kunt zien of een moai tijdens het transport is gesneuveld, of dat het later als hij al op een ahu heeft gestaan, kapot is gegaan. De ogen werden namelijk pas gemaakt als de moai al stond. De ogen gaven de macht aan de moai. Als het oog de grond raakt is de macht gebroken. Het oogwit is van wit koraal gemaakt en de iris van rode scoria. 

We gaan de vulkaan op. Hier werden de moais uit de poreuze grijze steen gehakt. Groepen Moai´s staan nog gedeeltelijk begraven, anderen liggen nog in de rots te slapen, zo lijkt het wel. Alleen de bovenkant van het gezicht en lijf is uitgehakt. Het is nog steeds een mysterie waarom de eilanders er niet voor gekozen hebben om “simpelweg” een blok steen uit te hakken en dan op een gemakkelijke plek de beelden te maken. Men hakte nu eerst het beeld uit in een uitgezochte plaats in de wand van de vulkaan. Alleen hier is de steensoort hard genoeg. Als ze helemaal waren gehouwen, behalve de achterkant en onderkant, liet men ze langs de heuvel zakken in een gat, waardoor het beeld recht op kon staan. Nu werd de rug afgemaakt en was het beeld in staat om te "wandelen". Er staan hier honderden Moai´s op de helling. Er is echter maar één knielende en één met een zeilschip op zijn buik. De grootste is ± 20 m hoog, maar die is nooit afgemaakt. De meeste zijn tussen de 5 en 7 meter hoog. 

De weg van hier naar het enige dorp Hanga Roa is 18 km. Langs deze weg liggen ook veel kapotte Moai´s. Gesneuveld tijdens het vervoer. Was het beeld eenmaal gevallen dan mocht het niet meer worden gebruikt. We klimmen verder omhoog om bij het kratermeer te kijken. Het is hier erg vredig. In het meer zelf zit zoet water en veel riet. 

Nu rijden we naar Ahu Tongariki. Dit is het grootste platform van het eiland. Hier staan 15 mooie Moai´s. Het is in 1992 gerestaureerd. Japan heeft er ooit één geleend voor een tentoonstelling en in ruil hiervoor het geld gegeven dat nodig was voor de restauratie. Er staat ook een beeld alleen. Dit is hier ooit opgericht door Thor Heyerdahl. 

We rijden nu verder naar de noord kant van het eiland. Ahu te Pito Kura. Hier ligt een magische steen. Het kompas raakt helemaal in de war als je het hier op legt. Daarom wordt de steen Te Pito O henua, de navel van de wereld genoemd. Als je de steen aanraakt ontvang je boven natuurlijke krachten. Natuurlijk raken wij de steen aan. Maar we zullen niets van de krachten ervaren. 

De laatste stop is bij Anakena strand. Het is een natuurlijke baai waar de eerste koning Hotu Matua aan land kwam. Hier staan 5 complete Moai´s en 2 lichamen. De beelden zijn niet groot maar hebben wel topknot. Er staan hier geïmporteerde kokospalmen uit Tahiti. Het strand doet een beetje tropisch aan. 

Om 6 uur zijn we weer terug bij Theresa. Ze is een schat van een vrouw die haar zaakjes goed voor elkaar heeft. Ze vertelt in een paar sobere woorden dat ze onder het bewind van Pinochet heeft geleden. Ze is jaren gescheiden geweest van haar familie op Paaseiland. Als we ´s avonds ergens gaan eten bij mama Sabine, zit de engelse jongen hier ook. Ook hij logeert bij Theresa en was mee op de tour. Hij kan het eten van harte aanbevelen vertelt hij. Hij zit gezellig aan tafel met een groep eilanders. We bestellen pasta en een glas wijn. Opeens wordt ons een fles wijn van het huis aangeboden. We snappen het niet helemaal. Na het eten worden de tafels aan elkaar geschoven en wordt het erg gezellig. Het blijkt de eigenaar van de catering van Lan Chile te zijn, die ons de fles wijn aan bood. Hij vindt het erg leuk om eens met Nederlanders te spreken. Als de tequila en whisky op tafel komt, passen wij. Water is beter voor ons. Maar de avond is erg gezellig. Als we betalen staat alleen de maaltijd op de rekening. 

Dag 266 2e excursie Paaseiland

TOP^

Het opstaan vanochtend is wel een beetje moeizaam. Maar na een lekker ontbijt waren we weer klaar voor de trip. De excursie is ons gister goed bevallen. Dus doen we de halve dag trip ook maar. 

De eerste stop is bij Puna Pau. Hier werden alleen de rode Pukao´s gemaakt. We zien hier veel half afgemaakte topknotten. Van de 164 staande Moai´s op een Ahu hebben er maar 58 een topknot. De afmetingen van een topknot zijn tussen de 1 en 2 meter hoog, tot 3 meter in doorsnede. Ze wegen tussen de 9 en 20 ton. In tegenstelling tot de Moai´s werden de Pukao´s wel eerst ruw uitgehakt en later pas in de nodige vorm gehakt. In de bodem werd de vorm van het hoofd van de Moai uitgehakt zodat het op het hoofd paste en in balans was. Dit moet enorm zwaar geweest zijn. Deze plek moet waarschijnlijk het domein van de clan zijn geweest die het alleenrecht had om de Pukao´s te maken. 

De Ahu Akivi is de volgende stop. Dit is een speciale plek omdat de Moai´s niet aan zee staan, maar in het binnenland. Ze kijken naar de zee. De 7 Moai´s vertegenwoordigen de 7 ontdekkingsreizigers van de legende van Hotu Matua. Deze man vertrok uit het land van zijn voorouders. De wijzen hadden hem voorspeld dat op een dag de aarde in het water zou zinken en dat dan iedereen dood zou gaan door verdrinking. Daarom liet hij kano´s maken om hieraan te ontsnappen. Er werden 7 jonge mannen weggestuurd om nieuw land te vinden. Hierna kwam koning Hotu Matua pas aan land. 

De volgende stop is bij de grot Ana te Pahu. (Ana =: grot). Voor de ingang van deze grot groeien bananen bomen, suikerriet, cassave en taro. In deze grot werd geschuild als er ruzie was met een andere clan. Het is er binnen in erg vochtig en klam. Er staan hopen stenen, hierop werd geslapen. Deze werden waarschijnlijk met palmbladeren en stro bedekt. De grond was te nat om op te slapen. Dit is ook het einde van de tour. 

Wij lopen na afloop nog even naar de haven. Onderweg kijken we bij de kunstmarkt naar een mooie Moai met Pukao. Eigenlijk willen we een grote hebben, maar hij is te zwaar om mee te nemen. We kopen een kleintje. We maken nog een foto van de Ahu Ko Te Riku met zijn grote ogen. Ook zetten we een paar kunstwerken op de foto. 

We zien een vreemde boot van riet voor anker gaan in de baai. De boot wordt net als wij in het vliegtuig, helemaal bespoten. 

´s Avonds gaan we bij het dansen kijken. Een bezoek aan het eiland is natuurlijk niet compleet zonder een dans voorstelling. Er zijn 15 dansers en 3 muzikanten. De dames zijn verschrikkelijk soepel in de heupen. Ze zwaaien er mee dat het een lieve lust is. De mannen dragen rieten rokken. Het doet qua muziek een beetje aan de Maori muziek denken. Maar hier zit veel meer leven in de dans. De ellende van deze voorstellingen is dat er altijd gasten uitgenodigd worden op de dansvloer. Komen wij met onze hoge bergschoenen natuurlijk niet echt soepel over.

We lopen in het pikke donker naar huis. Gelukkig hebben we aan een zaklamp gedacht. We moeten er ook aan wennen dat de paarden hier loslopen of met berijder en al door de straten galopperen.

Dag 267 met de fiets over Paaseiland

TOP^

We denken er over om de vulkaan te beklimmen. Maar eigenlijk hebben we al zo veel vulkanen gezien. We huren een mountain bike om de beelden op ons eigen houtje nog eens te kunnen bekijken. We fietsen langs de kust. Enorme golven beuken op de rotsen. Er staan hier erg veel mensen te vissen. Zondag is hier ook echt zondag. Alles is gesloten.

We hebben het zwaar op de fiets. We hebben na korte tijd al zadelpijn. Een hond vergezelt ons de hele weg. Stappen wij af, dan gaat hij in de schaduw liggen uit hijgen. We fietsen naar de 15 Moai´s bij Ahu Tongariki. De zon schijnt nu uitbundig, zodat het licht hier schitterend op valt. We zitten lekker een poosje uit te rusten. Een ruiter met 3 honden draaft langs. De oceaan is schitterend blauw. We fietsen terug naar Rano Raraku. We maken een foto van de Moai met de boot op zijn buik. Waarschijnlijk is er een Europees zeilschip langs de kust gevaren toen deze Moai is gemaakt. We dwalen in de omgeving nog wat rond. Ook hier is het mooi in de zonneschijn. Maar nu komt de lange weg terug. Hoewel het maar 15 km is, vinden we het ontzettend zwaar. De weg is erg heuvelig. We hebben voor de wind en de weg loopt hier naar beneden.  Maar als we het eiland oversteken moeten we eerst weer een heel stuk omhoog. Dit lukt echt niet meer en we gaan een stuk lopen. We zijn allebei echt helemaal kapot. Om 17.00 uur komen we met ontzettend zere billen weer terug bij Theresa. Van een lekkere hete douche knappen we wel wat op.

Als we ´s avonds gaan eten zit de bemanning van de rieten boot er ook. De boot ligt nog steeds voor anker. Bert gaat er even heen om te vragen hoe het nu precies zit. De Kon-Tiki expeditie van Thor Heyerdahl heeft bewezen in 1947 dat het mogelijk was de oceaan over te steken op balsa houten vlotten. Deze bemanning heeft een rieten boot gebouwd naar een voorbeeld van de boten op het Titicaca meer in Peru. Ze wilden in 40 dagen van Peru naar Australië varen. Maar dat haalden ze lang niet. Na 52 dagen was hun voorraad eten en water op. Ze moesten hier dus wel aan land gaan. Ook is de boot niet meer in goede staat. Ze weten nog niet wat ze gaan doen. Opgeven of de boot op het strand slepen en dan repareren.

Na deze gezellige avond is het alweer tijd om afscheid te nemen van Paaseiland en moeder Theresa. De rugzakken worden weer ingepakt. De tijd is hier omgevlogen. We hebben ontzettend genoten van de dagen die we hier door hebben gebracht.

Het wordt saai, maar ook dit was een bijzonder hoogte punt van onze reis! 

Een tussenstop in Santiago de Chili

TOP^

Dag 268 Santiago

We staan natuurlijk weer te vroeg op. Moeder Theresa is zelfs nog bezig met het ontbijt. Ik ruil nog een boek met Philip de Engelse jongen uit Bristol. Om 9 uur komt de taxi voorrijden en gaan we met zijn drieën naar het vliegveld. Hier proberen we naar Santiago te bellen,maar dat lukt niet. Een dame uit de souvenir winkel probeert het ook nog voor ons, maar waarschijnlijk is er geen verbinding mogelijk. We moeten aan boord. Er wordt ook nu weer gespoten. Wat we niet begrijpen. De mensen die hier spuiten komen uit het ziekenhuis van Hanga Roa.

Het wordt een lange zit. De vlucht duurt 5 uren. De catering is optimaal (met dank aan de baas). We hebben een lekker wijntje bij het eten. Om 6 uur landen we. De klok moet weer 2 uren vooruit. We wisselen een paar travellercheques. We bellen naar Residencial Londres, dit staat erg goed omschreven. Ze hebben ook nog een kamer voor ons. Prima! Even verderop staat een stand waar je ook nog hostels of hotels kunt boeken. Bij de douane roepen ze iets in het Spaans, we verstaan het niet. We blijven maar gewoon in de rij staan. We lezen dat Amerikanen, Canadezen en Australiërs een visum nodig hebben om Chili binnen te komen. Dit komt waarschijnlijk omdat Chilenen voor deze landen ook een visum nodig hebben. Wij hebben geen visum nodig. Er worden wel mensen uit de rij gehaald. Maar opeens krijgen we het door. Ze roepen dat de mensen die van Isla de Pascua komen, door mogen lopen. Natuurlijk dit hoort bij Chili, dus we hoeven niet weer door de douane.  Ik loop dus maar brutaal door, wapper met mijn paspoort en het werkt ook nog. Ik roep naar Bert die verbaasd is dat ik er al door ben. Hij gaat nu ook maar.

Onze rugzakken staan al klaar op de grond. Iemand heeft ze al van de lopende band gehaald. Een snelle inspectie of de hoezen losgemaakt zijn? Nee, alles lijkt in orde. Het gaat supersnel dit keer. Nu op zoek naar vervoer. We hebben een kaartje van iemand gekregen voor een shuttle bus. Er staan ook meerdere taxichauffeurs die ons natuurlijk allemaal wel willen brengen. We kiezen toch voor de shuttle bus. Deze zet ons vlak voor Residencial Londres af. Ze adverteren met veilig bagage vervoer. Tja, we zijn nu in Zuid  Amerika en zullen misschien wat beter op onze spullen moeten passen. Als de bus vertrekt horen we ook de deuren op slot klikken.

Residencial Londres ligt in een oude wijk in het stadscentrum. Het is een gebied waar de straten met “kinderhoofdjes” geplaveid zijn. We hebben het weer voor elkaar. De dames van plezier ontbreken ook hier weer niet. Het is een oud gebouw waar we zitten. Luiken voor de ramen, glimmende houten vloeren en antieke kasten. We zijn dik tevreden. Het enige wat niet zo aangenaam is: de temperatuur. Het is hier 18 graden. We hebben het koud. Op Paaseiland was het toch 30 graden. Maar we hebben heerlijk warme dekens.

We gaan wat eten en wat lekkers kopen. Een fles wijn en een stukje schimmelkaas. We wachten tot 12 uur en klinken op Bert z´n 55e verjaardag. We slapen het klokje weer bijna rond.

Dag 269 Santiago

We bergen de cheques en vliegtickets op in de hotelkluis. We gaan Santiago verkennen. Als we op weg zijn is Bert zijn beurs kwijt. Precies op de plaats waar voor zakkenrollers wordt gewaarschuwd. Dit is balen. Maar opeens bedenkt hij dat de beurs tijdens het verdelen van het geld op het nachtkastje is gelegd. We gaan eerst dus maar terug. Gelukkig ligt de beurs er wel. Nu maar voor de tweede keer op stap.

We zoeken naar de tourist information. Hier worden we niet veel wijzer. Ze zijn alleen maar voor de stad Santiago. Het engels is ook niet echt verstaanbaar. We eten een broodje op de Plaza de Armas. We wijzen aan wat we willen hebben. Maar hiermee zijn we er niet. Er volgt nog een waterval Spaans. We kijken zeker wat ongelukkig. De dame neemt een besluit voor ons. We begrijpen het nog steeds niet. We hebben betaald en krijgen nog steeds geen ham-kaas broodje. Maar het blijkt dat de broodjes warm gemaakt worden. Dat was de vraag natuurlijk: warm of koud? We kijken bij de kunstenaars op het plein. Er zitten leuke dingen tussen.

We stappen in de metro om naar Sernatur te gaan. Hier moet een goed tourist office staan. Het speciale van deze metro is dat de wagons op rubberbanden rijden en niet op treinrails. We willen naar Pedro del Alticama. Maar we hebben eigenlijk te weinig tijd hiervoor. Een excursie is afschuwelijk duur. We proberen nu maar onze vlucht te verzetten. Dit moeten we morgen maar doen, want de tickets liggen in de kluis. We lopen terug. We vinden dat we de sfeer van een stad lopend beter kunnen proeven. We komen langs een ijsco winkel. Bert koopt hier een enorme hoorn met drie ijsbollen, zo nu is hij pas echt jarig! We durven het hier wel aan. Alles ziet er zo schoon uit. We komen in de buurt van het Cerro San Christobal. Dit is een heilige die op een 870m hoge heuvel staat. We gaan met de teleférico of de kabelbaan naar boven. Je kunt ook lopend naar boven, maar daar hebben we geen zin meer in. Bert roept dat het ook niet hoeft omdat hij jarig is.

Eenmaal boven hebben we een mooi uitzicht over Santiago. We zien de smog boven de stad hangen, Cathedral Metropolitana maar ook de toppen van de Andes met sneeuw bedekt. Als we naar beneden gaan staat halverwege een soort open lucht kerk. Dat lijkt ons wel bijzonder. Op een bankje op de berg zitten en meneer pastoor doet de dienst. Weer beneden gaan we op zoek naar een sushi restaurant. Dit lijkt ons wel leuk voor vandaag. Als we het gevonden hebben blijkt het gesloten te zijn. Jammer! We gaan even internetten en eten hierna maar een pizza in een gezellig eethuisje. Op de straten worden een paar dingen nog verkocht niet veel bijzonders: mutsen, sjaals, cd´s, dvd´s, en dit soort spullen. Het is nu nog maar 10 graden. We kunnen ons niet voorstellen dat het nu zomer is in Nederland. Bolivia en Peru zullen nog wel kouder zijn. Gelukkig hebben we Mexico nog om weer op temperatuur te komen.

Santiago is voor een wereldstad erg schoon maar net als in alle andere grote wereldsteden heerst hier een enorme verkeersdrukte. Wel valt op dat de verkeersregels hier heilig zijn, rood is rood en voorrang is voorgang ook al sta je daar door een paar minuten te wachten tot alle voetgangers overgestoken zijn. Ondanks dat er nauwelijks gebruik gemaakt wordt van de claxon is er bijna geen rustig plekje in de stad te vinden. De mensen zijn aardig en er zijn geen opdringerige straatverkopers. Waarschijnlijk komt dit omdat de Chilenen nauwelijks Engels spreken, ook met de jongere generatie is conversatie alleen in het Spaans mogelijk. Het is dus een must om voor je vertrek naar een land als Chili een beetje Spaans te leren. Ondanks enige armoede geeft de stad toch een veilig gevoel als je op straat loopt, zelfs ’s avonds in het donker.

Dag 270 woensdag 4-6-03 Santiago

We slapen weer tot 10 uur. Dit komt vast door de luiken voor de ramen. Bert gaat broodjes halen. Ik doe de was. Hierna gaan we naar Lan Chile om onze vlucht naar La Paz te verzetten. Dit gaat erg gemakkelijk, we kunnen zelfs alvast een raamplaats reserveren. We kunnen ook nog kiezen: zeezicht of Andeszicht. We kiezen voor het laatste.

We vragen nog even hoe het zit als we naar Atacama vliegen. Dit kan alleen op vrijdag. Dat komt niet goed uit. We hebben nu nog 1 1/2 dag in Santiago. Dat is voor ons genoeg. De uitstapjes hier zijn alleen maar leuk in de zomer. Zoals het strand en de wijngaarden. Deze laatste zijn ook vrij duur en er is niet eens wijnproeven bij. We lopen weer naar het Plaza des Armas. De Cathedral Metropolitana wordt in het ernaast gelegen hoge gebouw weerkaatst. Het witte postkantoor ziet er ook mooi uit. Ook zijn er ontzettend veel duiven.

We lopen naar het Santa Lucia. Hier werd Santiago gesticht. De heuvel zelf is 70 meter hoog en verschaft een prachtige uitzicht op de stad. Hier was vroeger een klooster, later werd het een militaire verdedigingsvesting. We lopen aan de achterkant naar boven. Hier staan veel veiligheidsagenten. We beklimmen de trappen en komen bij het plaza de Mulato Gil de Castro. Hier staan bankjes en een koffietentje. We eten hier ons broodje. De fontein wordt net aangezet als we hier zitten. Het weer is erg grijs vandaag. Jammer, nu komen de foto´s niet goed tot hun recht.

Eenmaal beneden steken we de straat over naar de Feria Artesenal de Santa Lucia. Hier staan een boel kramen waar ze allemaal Lapis Lazula verkopen. Er zitten wel mooie dingen tussen. We kopen hier een stekker voor de waterkoker. Onze wereldstekker heeft het begeven. Bert prutst steeds de losse draadjes in het stopcontact. Veel te gevaarlijk.

Het weer is nog steeds erg donker. We laten een fotorolletje ontwikkelen, kopen wat lekkers en gaan “thuis” in Londres een gezellig bakje thee drinken. Even helemaal niets doen. ´s Avonds eten we bij Vache Gordo. Dit eethuis is ons op Moorea aangeraden. Het is wel een eindje lopen. De wind is erg koud. Bert heeft zijn muts vergeten. Maar het eethuis is erg goed. Hier hadden we gister heen gemoeten. Heerlijk en chique en niet duur. In één woord: geweldig! We genieten hier enorm van. Bert eet Ceviche, een rauwe gemarineerde vis in een zure dressing. Dit wordt koud gegeten. Later lezen we dat dit gerecht de belangrijkste verspreider van cholera is. Maar gelukkig is Bert ingeënt.

Dag 271 Santiago

Vandaag regent het. Bert heeft slecht geslapen. Hij heeft oorpijn. We gaan even internetten. Als we klaar zijn regent het nog steeds. We zijn erg duf van het verslag schrijven en gaan toch maar een eindje lopen. We gaan naar het postkantoor en gaan de verjaardagskaart voor mama op de bus doen. We bespreken de shuttle bus voor morgen. We moeten al om 4 uur klaarstaan, terwijl we pas om 6.45 uur op het vliegveld hoeven te zijn. We denken er nog over om een taxi te bestellen. Dit is echter veel duurder. Verder is er niet zo veel te doen. Het blijft maar regenen. We zijn nu wel blij dat we morgen vertrekken. Het grappige hier is dat er zaagsel voor de deuren van de winkels ligt. Ook bij ons hostel. Dan glijd je niet uit op de gladde natte tegels. Bijna overal hier heeft men tegelvloeren.

Als we een hoek omslaan zien we een winkel met allemaal tandarts spullen: boren, haakjes en tangen om kiezen te trekken. De foto´s die we ophalen zijn prima. Bert heeft nu echt last van zijn oor. Hij zegt dat het trommelvlies is gescheurd. Als we gaan eten heeft hij pijn. Vervelend dat dit net gebeurd als we naar hooggelegen gebied vertrekken.

Dag 272 Santiago-La Paz

Om 4.30 uur zijn we op het vliegveld. We kunnen pas om 7.00 uur inchecken. We gaan bij de medische dienst langs. Bert vertrouwd het niet met zijn oor, omdat we twee tussenlandingen hebben, moeten we ook nog drie keer stijgen en dalen. Er komt een tolk aan te pas, maar volgens de arts hier kan het geen kwaad.

De dame achter de incheckbalie snapt niet veel van onze tickets. Het duurt bijna een kwartier voor alles in orde is. Onze plaatsen waren al gereserveerd. We gaan de laatste pesos omwisselen. Dit gaat zo maar niet. Er is in de vertrekhal op de 3e etage geen wisselkantoor. We moeten naar de 1e etage. als we via de trappen gaan komen we bij de narcotica brigade uit. Weer terug naar de lift. Als we het wisselkantoor gevonden hebben staat er net een schoolklas voor ons. Eindelijk zijn we aan de beurt. Als we bij de lift staan worden onze namen al om geroepen. We moeten boarden. We draven. Het is nog een heel eind. Er zijn twee ingangen. Eén voor binnenlandse vluchten en één voor de passagiers die door vliegen naar La Paz. We moeten de laatste hebben, maar die is inmiddels al gesloten. Gelukkig mogen we door de binnenlandse poort. 

Op de stoelen bij het raam zitten we uit te hijgen. We hebben verdorie nog niet eens koffie gehad. Maar het ontbijt volgt al snel nadat we zijn opgestegen. Na 2 uren vliegen en 1800 km verder, maken we een tussenstop bij Iquiqe. De stad ligt midden tussen de maanlandschappen van de woestijn. Het schijnt hier nooit te regenen. We mogen het vliegtuig niet uit. De stop duurt ongeveer 20 minuten. Het vliegtuig wordt bij getankt. Arica, 365 km hier vandaan is de volgende tussenstop. De vlucht duurt 20 minuten. Het landschap is niet zo veel veranderd maar deze stad ligt aan de voet van de Altiplano. De volgende stop is La Paz.

Naar Foto´s  Paaseiland

Vorig verslag (Tahiti/Moorea) Volgend verslag (Bolivia) TOP^

©www.tweereizigers.nl